Het is nog vroeg in de ochtend. David zit in de woonkamer te spelen met zijn autootjes. Hij heeft een houten doos met vakken. Daar zitten veel autootjes in. Hij pakt zijn lievelingsauto, een rode, sterke vrachtauto. Broem, broem! Hij kruipt langs de tafel. Broem. Ineens stopt de auto. Er is iets bijzonders. Weet je wat? De eettafel is mooi gedekt. Er liggen gele servetjes naast de borden. David gaat het eens van dichterbij bekijken. Och, kijk eens. Kleine donzige kuikentjes staan op tafel en schaaltjes met hyacinten. Waarvoor zou dat zijn? Fieke is ook komen kijken. Dat is omdat het Pasen is, zegt Fieke. Kijk maar! In het mandje liggen gekleurde paaseieren. Ja, met Pasen is de Heer Jezus opgestaan, zegt Fieke. Miepie is ook opgestaan, brabbelt Miep, die binnendribbelt. Ja Miep, lacht David. Maar jij hebt gewoon geslapen. De Heer Jezus was dood, hè Fieke? Fieke knikt. Zij is de oudste. Zij weet het het beste. Ze kan al lezen. Straks zal ze meelezen met pappa, als hij het verhaal van Jezus voorleest uit de Kinderbijbel.
De heer Jezus is opgestaan
- Overgeven
- De pissebed