Bijbelverhalen

17.Oud en Nieuw

Stefan en Shirley hebben ieder twintig euro verdiend door reclamefolders voor de slager rond te brengen. Dat was een hele klus. Vooral omdat het zo bar koud was.

‘Wat ga jij ervoor kopen?’ vraagt Stefan nieuwsgierig.

‘Mmm. Weet ik nog niet.’ antwoordt Shirley bedachtzaam. Ze wil het briefje eigenlijk lang bewaren, zodat je er telkens naar kunt kijken en denken hoe rijk je wel bent.

‘Ik weet het wel,’ bluft Stefan. ‘Ik koop er…. pst, pst…!’

Zachtjes fluistert hij iets in Shirley’s oor.

‘Oh! Dat mag niet van mama.’ roept ze verschrikt.

‘Mmm. Nee!’ bromt opa Krentenbol. ‘Dat helpt ook al niet.’

Samen met zijn vriend Sjors is hij bezig om een geluidsbeschermer te bedenken voor Sjors z’n hond. Doeska is namelijk als de dood zo bang voor knallen. Ze proberen de hond onder een dikke deken te laten liggen, maar dat wil Doeska niet.

‘Kun je hem geen koptelefoon opzetten?’ stelt opa voor.

Sjors ziet het al voor zich. Doeska met oortjes.

‘Nee, man!’ zegt hij flink, terwijl hij z’n jas weer aantrekt, ‘We moeten hem maar een tabletje geven, zodat hij tijdens Oud en Nieuw rustig is. Het gaat me vooral om die onverwachte knallen tussendoor.’

Juist als Sjors naar buiten gaat, stappen Stefan en Shirley bij opa naar binnen.

‘Opa,’ roept Stefan opgewonden, ‘wilt u voor mij vuurwerk kopen? Het mag van mamma als u erbij blijft.’ Opa zegt even niet veel. Hij luistert naar hun verhaal. Dat verbaast de kinderen. Opa houdt toch wel van vuurwerk? Van mooi vuurwerk? Niet van die knallen, maar van die gekleurde ballen en sterren? En opa begrijpt toch wel dat Oud en Nieuw niet ongemerkt voorbij kan gaan?… Natuurlijk wel. Opa dacht alleen maar even aan die arme honden zoals Doeska. Plagend haalt hij z’n hand door de stekels van zijn kleinzoon, trekt zijn jas aan en gaat met hen mee.

‘Pieuw! Pauw!’ doet de rode vuurpijl op Oudejaarsavond.

‘O, wat mooi!’ roepen Stefan en Shirley.

‘Een Superpijl, drievijfenzeventig.’ zegt opa vrolijk en buigt zich voorover om de volgende aan te steken. ‘Tikketikketik!’

Een fontein van kleine groene spettertjes versiert de lucht.

‘Dat was een mooie, zeg!’

‘Een groene Chinees, viereneenhalve gulden.’ beaamt opa.

‘Dat moet u niet steeds zeggen!’ vermaant Shirley, ‘Dat is niet leuk voor Stefan.’ En daar heeft ze gelijk in.

Het is twee januari. De feestdagen zijn voorbij. Stefan kijkt jaloers naar het briefje van vijfentwintig van Shirley. Hij is eigenlijk boos op zichzelf. Een paar knalletjes en pangpang… weg vloog zijn geld. Daarom legt hij maar een papiertje in zijn geheime laatje. Weet je wat erop staat?

‘Volgend jaar geen vuurwerk kopen. Dat beloof ik plechtig!’

Vraag 1: Kunnen onverwachte knallen ook oude mensen bang maken?

Vraag 2. Ga je verantwoord met je geld om als je vuurwerk koopt?

Download PDF