Daar is de zee, groot en wijd
en vissen zonder tal.
Paling, haring, schol en bot…
Allen krijgen ze eten van God.
Maar God zorgt voor ons veel meer, veel meer,
want wij zijn kinderen van de Heer.
Hij geeft ons zijn Woorden, omdat wij bij Hem horen.
Daar is het bos, groot en diep
en dieren zonder tal.
Tijgers, beren, vos en muis.
Allen krijgen van God een huis.
Maar Hij zorgt voor ons veel meer, veel meer,
want wij zijn kinderen van de Heer.
Hij geeft ons ook zijn Woorden, omdat wij bij hem horen.
Daar zijn de bergen, hoog en kaal en vogels zonder tal:
arend, havik en distelvinken,
allen krijgen van God te drinken.
Maar Hij zorgt voor ons, veel meer, veel meer,
want wij zijn kinderen van de Heer.
Hij geeft ons ook zijn woorden,
omdat wij bij Hem horen.