Bijbelverhalen

Bidden voor het eten

David mag altijd helpen als opa Bram boodschappen haalt. Dat is leuk Hij mag in het wagentje zitten. En als ze thuiskomen moet alles naar binnen gebracht worden. Daar helpt David graag mee mee. Hij sjouwt van alles naar binnen. Een pak melk, een blok kaas, een zakje koekjes. Ik ben heel sterk, hè oma? zegt hij blij. Hij rent heen en weer. O, wat zijn opa en oma blij met die hulp van David. Oma gaat meteen de tafel dekken, want van sjouwen krijg je honger. Komen jullie eten? vraagt ze. Op Davids bordje ligt een boterham met pindakaas. In stukjes gesneden. Eerst bidden. David heeft niet zoveel zin om te bidden. Hij wil eigenliboterhamjk gelijk een stuk brood aan zijn vork prikken. Kom, zegt opa. We danken de Heer Jezus. Hij gaf ons dit eten. Nee, opa! roept David. Dat hebben wij toch in de supermarkt gekocht? Ja, dat is waar. Maar weet je wat oma zegt? De Heer Jezus heeft alles laten groeien. Als er geen appels aan de boom groeien, kunnen we ze ook niet kopen. Dat snapt David wel. Heel netjes bidt hij: Here zegen deze boterham, amen

Download PDF