Bijbelverhalen

35.Chips eten

Stefan maakt zijn sporttas leeg. Hij slingert de vuile kleren in de wasmand en… ontdekt een envelop in de tas. Hoe komt die daarin? Nieuwsgierig maakt hij hem open. Er zitten papiertjes in. ’t Zal wel weer iets van opa zijn.

‘Shirley!’ roept hij ineens vrolijk, ‘Kom gauw. Een geheime brief.’

Samen leggen ze de stukjes aan elkaar. Er staat: ‘Kom woensdagmiddag bij mij oefenen in d.c.e. want ik wil dat jullie je netjes gedragen op mijn verjaardag.’

‘Wat is d.c.e.?’ vraagt Shirley.

Stefan weet het ook niet, maar het zal wel iets leuks zijn. Op de dag van het d.c.e. heeft opa het erg druk. Eerst boodschappen doen, dan al de voorbereidingen. Nog maar net is hij klaar als de kinderen eraan komen. Ze hebben Japie bij zich, een vriendje, die een voortand mist. Ze zijn natuurlijk razend nieuwsgierig wat d.c.e. wel is.

Opa legt het hen uit. D.c.e. is: deftig chips eten! De meeste kinderen gaan namelijk graaien als er schaaltjes met chips op tafel staan.

‘Puh!’ zegt Shirley verontwaardigd, ‘Grote mensen doen dat ook, hoor!’

‘Sjtil nou,’ slist Japie, die altijd honger heeft. Opa gaat onverstoorbaar door.

‘Kijk, eerst oefenen we met bruine bonen en macaroni. (Hij doet voor hoe het moet.) Je zit netjes rechtop en pakt een chipje. Terwijl je gezellig kletst met je buurman, houdt je het keurig in de hand. Pas als hij zelf begint te spreken, knabbel je het op.’

Ah bah! Opa spuugt de macaroni uit, die hij per ongeluk expres in zijn mond stak.

‘Van pinda’s neem je er drie. Kauw ze net zo lang tot het pindakaas is geworden. Begrepen?’

Ze oefenen en het gaat reuze deftig. Nu met echte chips. Terwijl opa de schaaltjes vult, schenkt Stefan de limonade in. Shirley en Japie gniffelen naar elkaar. Het grote moment is aangebroken.

‘Klaar, mee-eters?’ vraagt opa doodernstig.

De kinderen knikken slechts.

‘Val aan!’

Met groot gejuich storten ze zich op de chips. Ze graaien en grabbelen en proppen! Lekker! Wat een lol. Opa doet net zo hard mee. Ze zijn door het dolle heen. Voordat ze naar huis gaan, helpen ze opa natuurlijk met opruimen en afwassen.

Onderweg naar huis zegt Japie: ‘Gave opa hebben jullie, zeg! Mag ik nog eens mee?’

Dat is afgesproken.

Vraag 1: Als je samen eet, moet je dan ook aan de anderen denken?

Vraag 2:Is samen delen leuk?

Vraag 3: Is het logisch om te helpen met opruimen als je ergens hebt gegeten?

Download PDF