Brwam, brrwam, brwammerdewam, brwammerdewammerdewammm!! Boem, boem, boemberdeboem! Twee grote legers marcheren op naar Jeruzalem. Het zijn de legers van Resin, de koning van Aram en Pekach, de koning van Israël. Zie je hoe grimmig de gezichten van de soldaten…
OT. 69 – JESAJA’S VISIOEN
‘Van onderen!’ Plof! Met een reuzendreun valt een grote eik tegen de grond, precies op de plaats waar men had gehoopt dat hij zou vallen. Een gejuich gaat op onder de omstanders. ‘Goed gedaan, Amos!’ roept de magere leerlooier die…
OT. 68 – JESAJA’S MOEITE IS NIET VOOR NIETS
‘Pèh, poeh-oe-oe-oeh! Pè- poe-oe-oe!’ Hoor je de ramshoorn blazen? Het is tijd voor de wekelijkse samenkomst in de synagoge. Kijk maar. Van alle kanten komen de inwoners van Jeruzalem aangelopen. Mooiste kleren aan. ‘Dag zuster, dag broeder! Een gezegende dienst!’…
OT. 67 – ESTER EN MORDEKAI REDDEN HUN VOLK
‘De Ministerrr- President!!!’ De Paleiswacht van de burcht Susan springt stijf in de houding. En alle mensen voor het paleis knielen. Want er komt een zeer belangrijk persoon naar buiten. Haman, de vriend van de koning. Kijk, daar gaat hij…
OT. 66 – VAN EEN ARM WEESKIND DAT KONINGIN WERD
Er lopen wel duizenden voeten door de stad Suzan. Goed geschoeide voeten en voeten met lappen omwikkeld. Blote voeten van bedelaars en kindervoeten. Tussen al die onbekende mensen loopt een armoedig en verdrietig meisje op veel te grote sandalen. Al…
OT. 65 – NOOIT LAAT IK JE IN DE STEEK, ESTER
Een moeder vertelt: ´Toen onze pleegdochter in ons huis kwam was ze een baby van acht maanden. Haar vader en moeder hadden haar in de steek gelaten. Ik weet nog hoe ik haar in haar bedje legde, haar over haar…
OT. 64- KONING JOSAFAT EN DE PLUNDERAARS
‘Die koning Josafat van Juda is echt een zachtgekookt eitje!’ zegt Met, de generaal van de koning van Moab, terwijl hij zich ongegeneerd uitrekt in zijn volle lengte, om de loomheid na het middagslaapje uit zijn duffe lijf te verdrijven.…
OT. 63- SLECHTE VRIENDEN
‘Hei, hei! Vort, vort!’ Woeste soldaten uit Gilead sporen hun schuimbekkende paarden aan tot spoed. Driftig slaat hun hand op de schoft van de goedgetrainde dieren. In de andere hand een scherpe lans. O vreselijk! Dit is oorlog. Kijk, de…
OT. 62- DAVID WIL DE TEMPEL BOUWEN
Koning David is aan het verzamelen, dat weet iedereen. Hij verzamelt spijkers en koper, hout en goud, edelstenen en zilver. De mensen uit Jeruzalem fluisteren erover onder elkaar. ‘Waar heeft de koning dat voor nodig?’ zeggen ze hoofdschuddend. ‘Gaat hij…
OT. 61 – DE HERE BEVRIJDT SAMARIA
‘En nou gaat ‘ie eraan!’ roept koning Joram van Israël woedend. ‘Wat denkt die Elisa wel? Ik zal hem vandaag nog laten onthoofden. Adjudant, ga naar die ellendeling toe. Ik kom je zo achterna.’ Met een overdreven gebaar scheurt hij…